maandag 5 november 2012

All You Can Eat 3.98


Anderhalve week geleden was Louise O. Fresco in Goes voor de promotie van haar boek ‘Hamburgers in het paradijs, voedsel in tijden van schaarste en overvloed’
Dit is een veel omvattend werk over voedsel, bekeken vanuit de meest uiteenlopende invalshoeken.
Mevrouw Fresco is een autoriteit van een kaliber zoals je die graag in de ministerraad zou hebben. Rutte heeft deze kans laten lopen, maar wellicht komt ze binnenkort toch aan de beurt. (Grapje, ik denk niet dat zij zich zou willen mengen in het politieke spel). Ze is professor o.a. in Amsterdam, Wageningen en het prestigieuze Stanford.

Ik kende haar van haar literaire kritieken in de NRC. Op een gegeven moment hoorde ik haar op de radio, waar ze geïnterviewd werd door een VARA-snibbetje, dat voor journalist door moest gaan. Ze liet dit wijsneusje op een nette manier alle hoeken van de kamer zien en maakte zich daardoor bij mij onvergetelijk populair.

Bij het promotionele verhaaltje was een doorsnede van de bevolking aanwezig, van idealistische geitenwollensokken dragers tot gestaalde lieden uit de agricultuur, die jou precies kunnen vertellen hoe de wereld in elkaar steekt. Prachtige discussie natuurlijk, waarin Fresco heel duidelijk een aantal zaken uiteenzette. Enkele daarvan wil ik hier noemen:
Biologisch voedsel is prachtig, maar het kost uiteindelijk 6 keer meer grond om de huidige wereldwijde productie van landbouwgewassen te evenaren. Als we steeds meer biologisch (‘organic’ in het Engels) voedsel gaan eten, leidt dat op wereldwijde schaal tot voedseltekorten. Daarmee is dit geen duurzame oplossing voor ons voedsel. Ik was hier dus een voorstander van.

Een ander punt, waar we in Europa vies van zijn, is genetisch gemodificeerd voedsel. Ik heb hier wel eens met een Nederlandse onderzoeker over gesproken, die zich bezig hield met plantveredeling in de U.S.. Hij zag dat toch eigenlijk niet zo zitten. Fresco stelde echter, wetenschapper die ze is, dat meer dan 200 miljoen mensen in de U.S. al meer dan 15 jaar genetisch gemodificeerd voedsel tot zich nemen en dat zich nog geen gezondheidsrisico had geopenbaard. Overigens was ze geen rabiate voorstander van wat sommigen Frankensteinvoedsel noemen, maar ze vond dat je er verstandig mee om moet gaan.

Zo had Louise Fresco nog een heleboel verstandige dingen te zeggen en het komt er op neer dat je nooit ergens binnen moet gaan waar je je buik strak kunt eten voor $ of € 3.98 of voor wat voor laag bedrag dan ook. Het enige wat dik mag zijn, is haar boek en die is goed dik, 483 pagina’s + een bibliografie van 50 pagina’s. Een super Big Mac.

Mark Faasse  

donderdag 1 november 2012

Publiek Geld


De Nederlandse Rekenkamer gaat de Grieken helpen een eigen controle-instituut op te zetten. De werkwijze van Griekenland (en ook andere landen onder de olijfoliegrens) verschilt nogal met die van Nederland. In Nederland vindt controle op de uitgaven achteraf plaats; in een aantal Zuid-Europese landen vooraf.
Ik begrijp niet dat je van te voren iets kunt controleren. Dat kun je toch alleen achteraf of tijdens het proces?
Een van de zaken die mij opviel toen ik nog gemeenteraadslid was, was dat begrotingen lopende het jaar werden aangepast. In de daaropvolgende jaarrekening werden de cijfers niet tegen het licht van de originele begroting gehouden, maar vergeleken met de (steeds weer) aangepaste begroting. Dat is een mooie manier om niet al te grote verschillen te hebben, maar ook om je oorspronkelijke doel voorbij te schieten.
Ik was gewend in onze bedrijven om met begrotingen te werken, en dan was dat je leidraad voor het hele jaar; wat soms leidde tot frustratie, maar soms ook tot blijdschap en dankbaarheid.
Nu is een overheid anders dan een bedrijf. Als je veel belasting binnen haalt, is dat dan goed of niet goed? Komt het de burgers ten goede of niet? Vanuit welk gezichtspunt vertrek je?
Iets anders wat me opviel in onze kleine gemeente waren de uitgaven voor sociale zekerheid. Die beliepen ca. 1,5 miljoen Euro. Daarvan was 1 miljoen bestemd voor uitkeringen en 0,5 miljoen ‘apparaatskosten’. Het kost dus 0,5 miljoen om 1 miljoen uit te keren. Voor mijn gevoel lopen die bedragen enorm uit de pas. Ik was overigens niet de eerste die dat opmerkte; er was al eerder kritisch naar gekeken. Naast de uitkeringen werd er ook anderszins hulp geboden, maar wat vooral belangrijk was: de controle op de rechtmatigheid van uitkeringen. Om onze sociale voorzieningen op peil te houden, moet je dus niet meer uitkeren dan nodig is, of toegestaan is.
Duidelijk is wel met dit voorbeeld, dat onze welvaartstaat een enorme bureaucratie nodig heeft om in stand te blijven.
Dat geldt ook voor andere soorten subsidies. Ik weet nog dat mensen in de jaren ’80 van hun riante premie-A woning een caravan konden kopen, of recent van het befaamde ‘rugzakje’ dat mensen financieel in staat stelde een auto aan te schaffen. Het geldt ook voor bedrijven, zoals bij de subsidies voor windmolens.
Onlangs verklaarde de rekenkamer van de Randstedelijke provincies dat er voor 0,6 miljard Euro, dat is 600 miljoen, niet aangetoond kon worden of de gelden effectief besteed waren.
Met dit in ogenschouw denk ik, dat er nog een enorme brug te slaan is naar een duurzaam financiële overheidshuishouding.

Mark Faasse